Meer dan duizend jaar geleden observeerde een groep Maya-geleerden – de zogenaamde ‘bewakers van de dagen’ – in het hart van Yucatán de hemel met een precisie die we vandaag de dag als bijna wetenschappelijk zouden kunnen omschrijven. Zonder telescopen, computers of moderne formules zouden ze eeuwen van tevoren zonsverduisteringen kunnen voorspellen. Een onderneming die wetenschappers John Justeson en Justin Lowry vandaag eindelijk hebben kunnen ontcijferen, waardoor de methoden zijn onthuld die verborgen zijn achter de mysterieuze eclipstabellen die worden bewaard in de Dresden Codex, een van de kostbaarste manuscripten van de Maya-wereld.
Oppervlakkig gezien lijken die acht pagina’s met hiërogliefen slechts een wirwar van symbolen en cijfers. Maar als je ze aandachtig leest, onthullen ze verfijnde wiskunde en een bijna poëtische kosmische visie. De hoofdtabel besloeg 405 maanmaanden – iets meer dan 32 jaar – en gaf met buitengewone precisie 69 nieuwe manen aan, waarvan er 55 verband hielden met mogelijke zonsverduisteringen.
Heilige wiskunde: het perfecte ritme van de maan, zon en aarde volgens de Maya’s
Elke regel van die code vertegenwoordigde een potentieel ‘gevaarlijke’ nieuwe maan, dat wil zeggen een tijdstip waarop de zon verduisterd kon worden. De meeste gebeurtenissen werden gescheiden door zes maanmaanden, ongeveer 177 dagen: precies de tijd die de maan nodig heeft om terug te keren naar dezelfde positie ten opzichte van de zon en de aarde.
Moderne geleerden hebben ontdekt dat de Maya’s hun horoscoop niet in elke cyclus begonnen. In plaats daarvan hebben ze het opnieuw gekalibreerd met twee belangrijke intervallen: 223 en 358 maanmaanden. Achter deze cijfers schuilen twee sleutelconcepten van de moderne astronomie: de Saros-cyclus en de Inex-cyclus, die wetenschappers vandaag de dag nog steeds gebruiken om verduisteringen te voorspellen. De eerste duurt ongeveer 18 jaar en 11 dagen, de tweede iets minder dan 29 jaar.
Door ze te combineren in een verhouding van 4:1 konden de Maya’s hun voorspellingen millennia lang synchroniseren, zonder ook maar één seconde te missen. Met andere woorden: ze hadden een manier gevonden om de hemel te vertalen in een universele wiskundige taal, zo nauwkeurig als een uurwerk.
Wanneer wetenschap het heilige ontmoet: observatie als vorm van toewijding
Voor de Maya’s waren verduisteringen niet alleen astronomische verschijnselen: het waren goddelijke boodschappen, tekenen van waarschuwing of wedergeboorte. Maar achter de mystiek zat een zeer solide empirische basis.
Eeuw na eeuw registreerden astronomen elke gebeurtenis, noteerden de intervallen en traceerden patronen. En dus slaagden ze erin om tussen 350 en 1150 na Christus een voorspellend model te bouwen dat zo nauwkeurig was dat het vandaag de dag nog steeds werkt, als het wordt toegepast op moderne kalenders.
Volgens de analyse van Justeson en Lowry maakten de tabellen van de Dresden Codex het mogelijk om alle zichtbare verduisteringen in het Maya-gebied gedurende meer dan zeven eeuwen te voorspellen. En ondanks de afwezigheid van moderne instrumenten blijft de nauwkeurigheid van hun berekeningen verbluffend: een fout van slechts een paar dagen over honderden jaren.
Zeven eeuwen perfecte voorspellingen, zonder telescopen of rekenmachines
De zonsverduistering was voor de Maya’s een heilig en gevreesd moment: de zon verzwolgen door duisternis. Toch confronteerden hun ‘dagelijkse mensen uit de hemel’ het niet met angst, maar met wiskunde en geloof. Hun systeem maakte het mogelijk dat de tabellen periodiek werden vernieuwd, om te voorkomen dat de kleinste discrepanties tussen de maancycli en de zonnekalender zich zouden opstapelen. Het was een ingenieus ‘reset’-mechanisme, een beetje zoals het updaten van software, maar dan met de maan in plaats van een algoritme.
Zo zijn Maya-astronomen erin geslaagd om tussen formules, symbolen en rituelen wetenschap en spiritualiteit te combineren, wat aantoont dat het universum, voor degenen die ernaar kunnen luisteren, een taal spreekt die bestaat uit cijfers en ritme. Een les die ons er vandaag de dag nog steeds aan herinnert hoeveel kennis kan voortkomen uit een simpele, geduldige blik naar de lucht.
De lucht liegt immers nooit
Tegenwoordig kunnen we dankzij computers verduisteringen tot op de milliseconde nauwkeurig berekenen. Maar het wonder van die oude waarnemers blijft ongeslagen.
Zonder geschreven formules, zonder telescopen, zonder te weten wat zwaartekracht was, bouwden de Maya’s een systeem dat zo elegant en nauwkeurig was dat het kon wedijveren met Babylon en Griekenland. Misschien lag hun echte kracht niet in de technologie, maar in het doorzettingsvermogen en het luisteren: ze keken, ze telden, ze leerden. En uiteindelijk transformeerden ze de lucht in een perfecte kalender, een stille dialoog tussen de mens en het universum.
Mogelijk bent u ook geïnteresseerd in:
