Het Protox-project, gecoördineerd door het ANSES Fougères-laboratorium, heeft de weg vrijgemaakt voor innovatieve tests om de toxiciteit van eiwitten te evalueren zonder gebruik te maken van dieren

Het evalueren van de toxiciteit van eiwitten zonder gebruik te maken van dieren: een ambitieus doel, maar bereikt door het Protox-project. Dit baanbrekende initiatief, gecoördineerd door het Franse laboratorium ANSES Fougèresmarkeert een beslissende stap naar een meer ethische en duurzame toekomst, waarbij gebruik wordt gemaakt van geavanceerde methodologieën zoals in silico- en in vitro-tests.

Het nadenken over toxiciteitstesten zonder gebruik te maken van dieren leek tot een paar jaar geleden een verre doelstelling. Met het project ProtoxDe verandering is echter werkelijkheid geworden. Protox, gelanceerd in december 2022 en afgerond in mei 2024, werd ontwikkeld door het ANSES Fougères-laboratorium, in samenwerking met het Luxemburgse Instituut voor Wetenschap en Technologie, als antwoord op een verzoek van EFSA, de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid.

Kevin Hogeveentoxicoloog en projectcoördinator, legt uit:

Het doel was eenvoudig in zijn complexiteit: het garanderen van een veilige evaluatie van eiwitten, zonder het gebruik van dieren, met behulp van innovatieve en ethisch respectvolle methodologieën.

Naast een ethische motivatie probeerde het project te reageren op een behoefte aan regelgeving: traditionele, op dieren gebaseerde methodologieën worden steeds meer onder de loep genomen vanwege hun wetenschappelijke en morele beperkingen.

Een methode gebaseerd op computers en celculturen

Het sterke punt van Protox is de adoptie van a geleidelijke strategieontworpen om diermodellen volledig te vervangen. Eerst werden ze geanalyseerd 7.000 potentieel giftige eiwittenverdeeld op basis van hun toxiciteitsmechanismen. Vanaf hier werd een methodologie in twee stappen ontwikkeld:

  1. In silico-analyse: In deze eerste fase speelt de computer de hoofdrol. De structuren van de eiwitten worden geanalyseerd en vergeleken met de reeds bekende toxische eiwitten, waarbij overeenkomsten worden geïdentificeerd die op een risico kunnen duiden. Als het eiwit afkomstig is van soorten waarvan bekend is dat ze giftige stoffen produceren, wordt er verder aandacht aan besteed.
  2. In-vitrotesten: De tweede fase vindt plaats in het laboratorium, waarbij celculturen worden gebruikt om de effecten van eiwitten op verschillende weefsels te simuleren. Als de blootstelling bijvoorbeeld oraal plaatsvindt, worden de effecten op de darm geëvalueerd. Als het eiwit het vermogen vertoont om de darmbarrière te passeren, worden er tests uitgevoerd op interne organen zoals het hart of de hersenen. Dit alles gebeurt zonder ooit gebruik te maken van dierproeven.

Omdat Protox een revolutie is op het gebied van voedselveiligheid

Het belang van Protox beperkt zich niet tot het elimineren van dierproeven. Dit project vertegenwoordigt een nieuwe wetenschappelijke standaardmet een positieve impact op zowel de onderzoeksethiek als de voedselveiligheid.

Nu de klimaatverandering de natuurlijke evenwichten wijzigt, lopen steeds meer giftige eiwitten, geproduceerd door schimmels, algen of planten, het risico ons voedsel te besmetten. Protox biedt een snel en effectief systeem om deze risico’s te identificeren zonder dieren op te offeren. Hogeveen voegt toe:

We wilden een model voorstellen dat niet alleen ethisch, maar ook toegankelijk was. In vitro- en in silico-technieken kunnen gemakkelijk worden toegepast door laboratoria over de hele wereld.

Het eindrapport van Protox, goedgekeurd door de EFSA, werd op 5 november 2024 gepubliceerd. Hoewel de methode nog niet is geïntegreerd in de Europese regelgeving, zal deze naast traditionele tests worden gebruikt om de vergelijkende effectiviteit ervan te evalueren. Dit project heeft dat echter al aangetoond een wetenschap zonder dieren is mogelijkwat een belangrijke stap markeert in de richting van duurzamer en medelevender onderzoek.